Buurtschap ‘De Driehoek’ had vroeger een dichte bebouwing, er woonden gegoede Ginnekenaren.



1. Rond 1900 kocht de familie Sloekers het grootste gedeelte van de punt en richtte dit deel in als woning en smederij. Links ziet u de Bavelselaan en rechts de Ulvenhoutselaan.
Als men in vroeger dagen vanaf de Ginnekenmarkt de Raadhuisstraat uitliep, dan kwam men in het buurtschap ‘De Driehoek’. Dat is nu de splitsing van de Bavelselaan en de Ulvenhoutselaan. Rond 1600 kwam de naam ‘De Driehoek’ al voor in het archief van de gemeente Ginneken en Bavel. De lange punt tussen deze twee straten heeft altijd een zeer dichte bebouwing gehad. De oorspronkelijke punt bestond indertijd uit twee woningen die toen als eenkamerwoningen werden verhuurd.

Rond 1900 kocht de familie Sloekers het grootste gedeelte van de punt en richtte het in als woning en smederij. In het resterende deel werd het café van Diepstraten gevestigd. Links van de smederij stond het grote herenhuis van notaris J.L. Wiercx. De hele kant van de Bavelselaan is rond 1900 volgebouwd met eenvoudigere huizen. Aan de kant van de Ulvenhoutselaan werden monumentale herenhuizen gebouwd.

Oorspronkelijk stonden er boerderijen en landhuizen als bebouwing…

De Ulvenhoutselaan was tot 1713 niet meer dan een zandweg die naar Ulvenhout liep. De Bavelselaan was enkel een pad en heette toen de Bavelstraat. Op de plaats waar nu aan de Ulvenhoutselaan de huizen 9 tot en met 13 staan, stond rond 1600 een boerderij met de naam ‘Den Cleijnen Wyngaert’. Tegenover deze boerderij stond het buitenhuis De Wyngaert. Op de plaats van dit buiten is later het landhuis ‘Valkrust’ gebouwd. In het buitenhuis De Wyngaert woonde toen de Ginnekense gemeentesecretaris Eyckberch met zijn vrouw en kinderen. De boerderij Den Cleijnen Wyngaert was in de 17e en 18e eeuw eigendom van de families Vlamincx, Beens en Meiren. In 1758 kocht Jan van Unnik de boerderij en verbouwde deze tot een herberg en bouwde ten zuiden ervan een woonhuis waar nu Ulvenhoutselaan 15 is.

De boerderij Den Cleijnen Wyngaert, omgebouwd tot herberg kreeg de naam ‘Den Nieuwen Roscam’. Nadat van Unnik overleden was werd de herberg geveild en gekocht door een zekere A. Kuijpers wiens moeder de herberg verder exploiteerde. In 1828 werd de herberg eigendom van Bart Oomen. Oomen bouwde achter de herberg aan de Steenweg een bierbrouwerij . Nadat hij van zijn vrouw gescheiden was werd alles verkocht aan Johannes Jansen, die het op zijn beurt in 1839 weer heeft doorverkocht aan Jan Jacob Middelaer. Dat was de burgemeester van de gemeente Ginneken en Bavel. Hij sloopte het huis, het logement en het café en bouwde er een groot herenhuis. Dit heeft er tot 1944 gestaan. In 1842 kocht de burgemeester ook het huis van notaris Wiercx aan de Bavelselaan, omdat de achtertuinen aan elkaar grensden.

Burgemeester Middelaer verkocht de herenhuizen aan drukker Enschede...

De twee huizen werden samen voor achtduizend gulden verkocht aan L.C. Enschede (van de drukkerij in Haarlem). Veel aanzienlijke personen hebben daarna in de huizen gewoond zoals Van der Valk, Jolles jr, de makelaar T. Wischerhoff, de leraar Hugo van Manen en baron Speyart van Woerden. In 1900 kocht Johanes Meerendonk het huis en verhuurde het aan de Ginnekense wonderdokter Francois Colson. Tussen 1905 en 1911 had de dokter er een grote praktijk. In 1932 werd in het pand een vormingsinstituut voor jongeren gevestigd. Bij de bevrijding van Ginneken in oktober 1944 brandde het huis tot de grond af. Op de plaats werden drie kleinere huizen gebouwd, waar onder andere de schrijver en toneelspeler Henry t’ Sas heeft gewoond.

Ook het herenhuis aan de Ulvenhoutselaan 15 werd door toenmalige bekende Ginnekenaren bewoond. In 1852 werd Hendrik Seelig, oud-gouverneur van de KMA, eigenaar van het huis. Na zijn overlijden in 1864 kwam het huis in handen van de eigenaar van villa Valkrust Jhr. J.L. de Grez die het in 1880 weer verkocht aan een Pruisische officier, E. Hartitzsch. Tot 1950 bleef het huis in handen van de vier ongehuwde dochters van de familie. De gehele punt van de driehoek is in 1955 door de gemeente Breda gekocht. Die liet het pand renoveren. Alleen de voorgevel is in de oorspronkelijke staat (rond 1900) gebleven.

2. Op de plaats waar nu aan de Ulvenhoutselaan de witte huizen 9 tot en met 13 staan, stond rond 1600 de boerderij ‘Den Cleijnen Wyngaert’. Er tegenover stond het buitenhuis ‘De Wyngaert’ en de latere ‘villa Valkrust’.
3. In het Ginneken woonde vroeger de wonderdokter Francois Colson. De zaken gingen zo goed dat hij in 1905 aan de Ulvenhoutselaan een praktijk opende waar de mensen dagelijks in de rij stonden.