Het Ginneken krijgt een nieuw bestemmingsplan, maar het Stadskantoor beslist wat wel of niet kan.



1. Stuk voor stuk worden de panden die het beschermd dorpsgezicht in Ginneken bepalen gesloopt voor nieuwbouw.
Precies vijftien jaar geleden ging voor het Ginneken een lang gekoesterde wens in vervulling. Het concept bestemmingsplan voor Breda-Zuid lag op tafel. Op 22 januari 1997 werd het plan door de gemeente Breda aan de verschillende belangen- en bewonersgroepen uit Breda-Zuid uitgereikt. Onder hen ook de toenmalige Dorpsraad Ginneken. Tijdens twee bijeenkomsten (22 januari en 5 februari 1997) werd het ontwerp besproken en daar waar nodig van het nodige commentaar voorzien.

De Dorpsraad Ginneken en diverse bewonersgroepen hebben vanaf februari 1993 (ruim vier jaar dus) met de gemeente overlegd over wat er in het bestemmingsplan zou moeten staan. Een voorbeeld had men niet, het was het eerste bestemmingsplan voor Ginneken. Ambtenaren van de gemeente hadden wel deiverse stukken als een Ontwikkelingsschets Ginneken-Zandberg, Beeldkwaliteitsplan en een Nota van uitgangspunten voorbereid.

Het waren vaak zeer emotionele bijeenkomsten met de bewoners…

Gedurende de vier jaar van overleg drong de Dorpsraad Ginneken bij herhaling aan op meer snelheid. In het Ginneken was er sprake van een 'lappendeken' van hier en daar een paar sterk verouderd en voor het overgroote deel helemaal geen bestemmingsplan. Daardoor waren er vooral voor het centrum van Ginneken onvoldoende mogelijkheden om ook toen overijverige planontwikkelaars in toom te houden. Gevolg van dat alles waren geregeld zeer emotionele bijeenkomsten met bewoners. Het ging dan over bouwplannen die afweken van de historische bebouwing en door niemand gewenst werden. Het waren veelal commercieel gerichte plannen voor het opvullen van 'gaten' van panden die men bewust had laten verkommeren om ze klaar te maken voor de sloop. Het wonen in Ginneken was ook toen zeer in trek, de grondprijzen waren erg hoog. Dat betekende dat een planontwikkelaar het liefst iets groots en hoogs wilde neerzetten. Dat bracht geld in het laatje.

Breda-Zuid wordt, zeg maar vanaf de jaren tachtig, getypeerd als een hoogwaardig woongebied. Een gedeelte van Ginneken wordt door de gemeente aangemerkt als beschermd dorpsgezicht. De stadsranden {Markdal, Mastbos en Wolfslaar) worden gekenmerkt als zeer waardevol. Daar moest het bouwen ook in de toekomst absoluut worden uitgesloten. Niet verkeerd om dat voor een langere periode in een bestemmingsplan vast te leggen. De Dorpsraad Ginneken heeft zich in die jaren intensief over dit alles gebogen en aan de gemeente diverse voorstellen gedaan op het gebied van bouwen, horeca en het behouden van het dorpse karakter van het centrum van Ginneken. Nu, vijftien jaar later vragen we ons af: “Wat heeft het bestemmingsplan uit 1997 opgeleverd?” Het antwoord moet zijn: “Vrijwel niets”. De projectontwikkelaars zijn gewoon doorgegaan met slopen en bouwen. De horeca in het centrum is fors uitgebreid. De vroegere tuinen achter de panden zijn tegen alle regels in bijna allemaal bij de cafés getrokken.

Met de ogen open werden burgers vijftien jaar voor de gek gehouden…

Op 15 maart 2012, dat is precies vijftien jaar later, beslist de gemeenteraad over een nieuw bestemmingsplan voor Ginneken. Hoe zouden we dat als goedgelovige burgers mogen noemen? Een schertsvertoning, het met de ogen open voor de gek houden van de burgers? Want het is als je het goed bekijkt uiteindelijk maar een handjevol ambtenaren in het Stadskantoor die bepaalt wat er in het Ginneken wel of niet is toegestaan. Daar heeft men de mening van burgers en een bestemmingsplan niet bij nodig. Laat dat duidelijk zijn!

2. Ook de woning van de vroegere burgemeesters in Ginneken moest er aan geloven. Alleen de voorgevel moest worden herbouwd.