Het gekibbel over wat er op het Schoolakkerplein moet gebeuren begon in 1947 en duurt nog voort.



1. Het Schoolakker gefotografeerd vanuit een woning in de Schoolstraat (Dillenburgstraat) in de verte de Bavelselaan.
De gemeente Breda moet een studie laten uitvoeren over de ontwikkeling van en rond het Schoolakkerplein en de Viandenlaan. Tenminste, daar heeft de wijkraad Ginneken=Ginneken al diverse keren op aangedrongen Maar de gemeente geeft taal noch teken. ‘‘We hebben wel andere dingen te doen’, zal men in het Stadskantoor denken en: ‘We kunnen ons geld wel beter besteden. Dus de bestuursleden van Ginneken=Ginneken zijn boos. Maar het is niet de eerste ruzie over het Schoolakkerplein.

Voor de 'rasechte oude Ginnekenaren’ bestaat er geen Schoolakkerplein. U zult ze eerder horen praten over (voor 1947) 'de Schoolakker' en na dat jaar van 'het Schoolakker'. Jaarlijks staat op ‘het Schoolakker' de Ginnekense kermis en over de Schoolakker ging men heel vroeger naar school. Ook het Patronaatsgebouw en de gemeentelijke gymnastiekzaal waren er te vinden. 'De Schoolakker’, betrof het grote open terrein dat tot 1938 werd begrensd door de Raadhuisstraat, Postlaan, Dillenburgstraat, Kerkhofweg en de Bavelselaan. Om het niet nodeloos ingewikkeld te maken gebruiken wij in dit artikelen in de periode vóór 1947 de naam 'het Schoolakker' en na 1947 de naam 'het Schoolakkerplein'.

‘Het Schoolakker’ werd doorsneden door diverse smalle zandweggetjes...

Het Schoolakker werd doorsneden door enkele weggetjes. Men kon vanaf de Raadhuisstraat via een smal pad naar de Dillenburgstraat. Dat pad begon aan de Raadhuisstraat en volgde ongeveer de loop van de huidige Viandenlaan en kwam uit op de Dillenburgstraat tegenover de Rozenlaan. Dat was naast de gemeentelijke openbare school, die de ingang van de huidige Viandenlaan praktisch helemaal afsloot. Van zuidwest naar noordoost werd de Schoolakker doorsneden door het Vogelenzangpad. Dat begon tussen de huizen in de Raadhuisstraat bij de Ginnekense bierbrouwer Victor van de Reijt en liep dwars over de Schoolakker in de richting van de huidige begraafplaats in de later zo genoemde Vogelenzanglaan. De eigenlijke Schoolakker was zo' n 1,3 hectare groot en lag op de plaats waar nu de Viandenlaan en het Schoolakkerplein te vinden zijn.

Het gehele gebied waar direct na de Tweede Wereldoorlog de huidige wijk werd gebouwd, was toen meer dan vijf hectare groot. Toch is de naam 'Schoolakker' minder oud dan men zou verwachten. De naam wordt voor de eerste maal genoemd in een notariële acte van 1856. De naam Schoolakker is ontleend aan de gemeentelijke school, die tot 1866 te vinden was aan de Raadhuisstraat op de plaats waar nu de Viandenlaan begint. Hier stond al in de zestiende eeuw een gebouwtje waar vooral tijdens de wintermaanden de Ginnekense jeugd werd onderwezen. In het begin van de achttiende eeuw was het gebouwtje zover versleten, dat er dringend een nieuwe school moest komen. Dit nieuwe bouwwerk, met er naast de woning van de schoolmeester, was in 1866 verouderd en veel te klein. De gemeenteraad van Ginneken besloot dan ook om een nieuwe gemeentelijke school te laten bouwen.

Er is eeuwen lang les gegeven in scholen grenzend aan de Schoolakker…

De nieuwe school kwam aan de andere kant van de Schoolakker, aan de huidige Dillenburgstraat. Deze school moest in 1938 eveneens wijken voor de aanleg van de huidige Viandenlaan. De achterbouw van de school die enkele jaren daarvoor nog door de gemeente geheel vernieuwd was, bleef gespaard (Viandenlaan 1). Er is dus aan de Schoolakker eeuwenlang onderwijs gegeven, eerst aan de kant van de Raadhuisstraat, en later aan de kant van de Dillenburgstraat. Hoewel het veld tussen de Raadhuisstraat en de Dillenburgstraat terecht de naam Schoolakker droeg en die naam nog tot op de dag van vandaag voortleeft in het Schoolakkerplein, werd dit terrein vóór zeventiende eeuw heel anders genoemd. In oude akten wordt het gebied omschreven als 'Kerkeacker, 'Heilige Geestakker of ‘Armenacker'. De Schoolakker was indertijd gemeenschappelijk bezit van de kerk en van de armen van Ginneken.

De bedoeling van het Ginnekense gemeentebestuur was dit gebied te bestemmen voor woningbouw. Maar het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog gooide roet in het eten. In de oorlogsjaren werden er geen huizen gebouwd dus ook de Schoolakker bleef in die jaren onbebouwd. De gemeente Ginneken had het plan om er een aantal middenstandswoningen en huizen twee-onder-een-kap te bouwen. Een groot deel van het gebied was toen al bestemd voor het houden van evenementen, waarvan de jaarlijkse kermis de belangrijkste was. Daarnaast kon de ruimte ook voor andere doeleinden worden gebruikt, voor activiteiten van de Ginnekense verenigingen als Harmonie Çoncordia, het Ginnekens Mannenkoor en de Ginnekense Handboogschutterij ‘Prins Hendrik’.

Door oprukkende auto’s en de paardentram werd de kermis verplaatst…

De Handboogschutterij ‘Prins Hendrik’ heeft in het jaar 1933 op het Schoolakker een interland Nederland/België georganiseerd. Er werd daarvoor zelfs een speciale schietbaan gebouwd. Een groot aantal schutterijen namen aan de wedstrijden deel en dongen mee naar de ereprijzen. Vroeger bestond de kermis uit een aantal kramen, een draaimolen en een stoomcarrousel. Deze stonden, met uitzondering van de carrousel, opgesteld op de Markt (Ginnekenmarkt) en in de omliggende straten. Omdat daardoor de steeds meer oprukkende auto en vooral de Ginnekense Paardentram in hun gang door het Ginneken te veel werden belemmerd, werd de kermis naar het Schoolakker verplaatst. Bij slecht weer was het daar echter één grote modderpoel.

Ook na de aanleg van het eerste stratenplan vlak voor 1940, de huizen moesten toen nog gebouwd worden, bleef het Schoolakker bij regenweer onbegaanbaar. In het laatste oorlogsjaar werd het plein door tanks en andere legervoertuigen van de geallieerden nog verder omgeploegd, zodat het in 1945 in een bijzonder slechte staat verkeerde. Het grote plein dat de gemeente Ginneken op het Schoolakker voor ogen had, was ook bestemd voor de bouw van een eventuele nieuw Ginnekens gemeentehuis. Een eerder plan om dat op het terrein van Mariëndal in de Brugstraat (Duivelsbruglaan) te doen, was in 1931 door de gemeenteraad verworpen. Maar vooral burgemeester Serraris had de hoop nog niet opgegeven dat er ooit een nieuw onderkomen voor de gemeentelijke diensten zou komen.

In het Patronaat werden kort tijd Russische krijgsgevangenen opgesloten…

De voorbereidingen voor de annexatie van Ginneken waren in 1938 al zover gevorderd, dat er van de zijde van de provinciale instanties geen enkele medewerking meer werd verleend aan een nieuw plan. In de Tweede Wereldoorlog en in de jaren daarna was het Patronaat in de Viandenlaan in gebruik door militairen. Het naastliggende terrein was afgezet met prikkeldraad en er waren een aantal loodsen op het terrein gebouwd. Na de ‘Kriegsmarine’ werden er in 1943 Russische krijgsgevangenen opgesloten. Die werden door de Duitsers streng bewaakt. Gekleed in groenachtige pakken en op klompen werden ze dagelijks onder begeleiding van enkele Duitse soldaten naar het Mastbos gebracht. Daar moesten ze bomen omkappen, die onder meer bestemd waren voor de bouw van verdedigingswerken.

De grootste bomen werden naar Duitsland getransporteerd. Ginnekenaren gingen massaal een kijkje nemen op het Schoolakker. Als de bewakers even niet opletten, werd er tabak (eigen teelt), appels en andere etenswaren over de omheining gegooid. 's Avonds zaten de Russen rond kampvuren en was hun gezang in de verre omtrek te horen. De verzorging was er niet al te best. Er braken besmettelijke ziektes uit, waaraan diverse Russen zijn overleden. Hun verblijf in het Ginneken heeft maar enkele maanden geduurd. Eind 1944 werden er ook nog Poolse hulptroepen in het Patronaat gelegerd. Die waren afkomstig uit het door Duitsland in 1939 geannexeerde deel van Polen. Deze Polen, ze droegen Duitse uniformen, waren gedwongen om in het Duitse leger dienst te doen.

Gemeente Breda had na de annexatie ander plannen met het Schoolakker…

In die tijd was het Schoolakker helemaal afgezet. Het terrein stond vol met oude legervoertuigen die moesten worden opgeknapt. De Poolse militairen genoten in het Ginneken een zekere sympathie. Ze gedroegen zich correct en woonden in groten getale de diensten in de Sint Laurentiuskerk bij. Na de bevrijding van het Ginneken in oktober 1944 door de 'vrije Polen' werd het patronaat opnieuw een kazerne, nu voor de geallieerde militairen. Het Schoolakker deed opnieuw dienst als parkeerterrein voor militaire voertuigen. In 1942. tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Ginneken door Breda geannexeerd. De verdere ontwikkeling van het Schoolakker was een zaak geworden van de gemeente Breda. Die had compleet andere ideeën en plannen met het gebied dan hun Ginnekense collega's voor de oorlog.

Met de bouw van een nieuw gemeentehuis hoefde Breda geen rekening meer te gehouden. Men vond het plein veel te groot voor een kermis en andere verenigingsactiviteiten. Bovendien moesten er in de gemeente Breda met spoed een groot aantal in die tijd zo genoemde 'arbeiderswoningen' worden gebouwd, terwijl de gemeente Ginneken van de vroegere Schoolakker juist een mooie woonwijk had willen maken. Nog wel met royale huizen voor de beter gesitueerden. Die wilden zich voor de oorlog al in grote aantallen vanuit Breda in Ginneken vestigen. Maar er werd door Breda een geheel nieuw plan ontworpen voor op korte termijn enkele honderden woningwetwoningen. Direct na de oorlog waren er al een dertigtal 'noodwoningen' weggezet, die Maycretewoningen werden genoemd. Ze zouden maar een jaar of vijftien blijven staan en dan weer worden afgebroken. Maar ze staan er nog steeds.

Ook mevrouw Serraris klom in de pen om tegen het plan te protesteren…

In 1947 werd het Ginnekense stratenplan gewijzigd. Het Schoolakkerplein werd kleiner. Bovendien werd het in noordelijke richting verschoven, waardoor er zowel aan de noord- als aan de zuidzijde van het plein huizen konden worden gebouwd. Daar stond tegenover dat de nieuwe Keermanslaan een groot gazon kreeg, waardoor een vrij uitzicht vanuit de later gebouwde wijk Mariaveld op de Laurentiuskerk werd verkregen. Het stratenplan riep felle reacties op bij een aantal Ginnekenaren. Er werden diverse bezwaarschriften tegen het Bredase plan ingediend. Mevrouw Serraris, echtgenote van de in 1946 overleden Ginnekense burgemeester, voerde in haar bezwaarschrift aan dat de annexatie met behulp van de bezetter tot stand was gekomen. De gemeente Breda had volgens haar niet het recht het Ginnekense plan voor de bouw van betere woningen te veranderen in een 'arbeiderswijk'.

Breda had haast om met de bouw te kunnen beginnen. Er was na de oorlog een groot tekort aan woningen. Er stond een plan op stapel om met Rijkssteun 750 'arbeiderswoningen' te bouwen, verdeeld over verschillende delen van de stad. Hiervan zouden er 148 op en rond het Schoolakkerplein worden gebouwd, inclusief vier winkelpanden. De R.K. Bouwvereniging Ginneken deed verwoede pogingen om de bouw zelf ter hand te mogen nemen, maar de gemeente gaf er de voorkeur aan dit zelf uit te voeren. Daarna wilde Sint- Laurentius de woningen overnemen. Verder dan een zo genoemde beheersovereenkomst kwam het voorlopig niet. Diverse woningen werd in de loop der jaren aan de bewoners verkocht. Andere woningen kregen begin jaren negentig een grote opknapbeurt. Het gekibbel over wat er met en rond het Schoolakkerplein moet gebeuren is nog steeds niet verstomd.

2. Op het Schoolakker stonden ook diverse boerderijen.
3. Het Schoolakker was voor de Tweede Wereldoorlog nog een open vlakte met wat paden er door. In de verte de Laurentiuskerk.
4. In de jaren dertig werd de ruimte geschikt gemaakt voor evenementen als de Ginnekense kermis.
5. Ook was er toen voldoende plaats om een circus naar het Ginneken te laten komen.
6. Er staat ook nu nog een school aan de rand van het (nu) Schoolakkerplein.