Ginneken is nog niet zo lang de Bredase wijk voor maatschappelijk geslaagde en welvarende mensen



In het begin van 1992, vlak vóór het grote evenement Annex-50, had de organisatie met dezelfde naam het grootste en duurste evenement op de plank liggen dat Ginneken ooit gekend heeft. Maar liefst tien dagen duurde het spektakel met zo’n dertig grote programmapunten. Alle inspanningen waren bedoeld voor het herdenken dat het in dat jaar 50 jaar geleden was dat Ginneken door Breda was geannexeerd. Het enthousiasme van de Ginnekenaren om Breda te overtuigen dat “het Ginneken het Ginneken nog was”, was zo groot dat de organisatie van zo’n honderd personen alle mogelijke en onmogelijke medewerking en steun kon krijgen.

Een Ginnekense wandelkaart uit begin 1900…

Later in het jaar komen we daar nog uitgebreid op terug, want het is dit jaar precies tien jaar geleden dat Annex-50 plaats vond en 15 jaar geleden dat de organisatie Annex-50 werd opgericht. De reden van deze uiteenzetting met een historische ondergrond is, dat bij het inventariseren van de voorraad Ginnekense boeken van Annex-50 nog een paar wandelkaarten te voorschijn kwamen. De wandelkaart was een “uitgave der Vereeniging Ginneken Vooruit” en was eind negentienhonderd gedrukt. De genoemde “vereeniging” was de Ginnekense VVV. Het Ginnekens Nieuwsblad liet indertijd van de wandelkaart 2000 reproducties maken, in kleur. De kaarten werden Annex-50 cadeau gedaan en werden verkocht voor vijf gulden per stuk.

Op de kaart staan Ginneken, Breda en Prinsenhage (in die volgorde, want Ginneken staat natuurlijk centraal op de kaart) en de toen nog niet veel meer dan gehuchten Bavel, Ulvenhout, Teteringen enz. Maar niet alleen het Ginneken maar ook Breda bestond in die dagen uit niet meer dan een handjevol straten. De meeste huizen in het Ginneken zijn pas rond negentienhonderd gebouwd, zeker de herenhuizen. U kunt dat hier en daar zelf nog zien aan de datum die door de bouwer op het huis is aangebracht. De Ginnekense populatie bestond in die dagen hoofdzakelijk uit boeren en handarbeiders.

Het Ginneken werd gesloopt of er kwam nieuwbouw…

De reden dat tegen het eind van de achttiende eeuw een ware explosie op de bouwmarkt heeft plaatsgevonden, is ook bekend. Begin 1870 werden de Bredase verdedigingswallen afgebroken. Het toenmalige wapentuig was zodanig dat die wallen (een landelijke gegeven) geen enkele bescherming meer boden. Verder was de industrialisatie in alle hevigheid ingezet en derhalve de grondhonger groot. In die dagen werden enkele grote fabrieken bij Breda gebouwd en wie wat centen op de bank had, liet zich een huis in het buitengebied bouwen. Het Ginneken was zeer in trek. Op de overwegend kleine huizen van toen werd of een verdieping gezet, maar meestal volgde sloop en nieuwbouw.

Ginneken kreeg een groot aantal notabelen in huis, een vijftal grote hotels, heel veel pensions en groeide uit tot een landelijk bekend staande toeristenplaats. Wie de kaart uit 1900 bekijkt en haar vergelijkt met de huidige situatie, ook hoe alle dorpen in de omgeving explosief zijn gegroeid, zal zich wel eens afvragen waar dat allemaal toe zal leiden in de toekomst. De uitdrukking “vol is vol” hoort u mij niet zeggen, dat is een van de grootste schuttingwoorden deze tijd. Maar de mededeling dat het wel “erg druk wordt” in Nederland (ook in het Ginneken en Breda) mag. Dat liet heer Bolkenstein zich een paar jaar geleden ontvallen. Hij is een “heer van stand”, vandaar. Ofschoon, als je de omvang van het Ginnekense wagenpark in ogenschouw neemt, dan mag “vol is vol” toch wel? Vooruit, een beetje, we houden het maar hedendaags netjes.

Bij de foto’s

1. Een deel van de Ginnekense wandelkaart die honderd jaar geleden werd uitgegeven. Ginneken en Breda bestonden toen nog uit slechts een handjevol straten.

2. Hotel Dennenoord in de Boschlaan (nu Duivelsbruglaan) was een van de grote chique hotels in het Ginneken.